M.S. "Quayonge"

M.S. "Quayonge"
Mijn reisbrieven publiceer ik onder de naam "Quayonge", naar de boot, waarmee wij vele jaren over de Friese Meren, de Waddenzee en het IJsselmeer hebben gezworven.

donderdag 1 augustus 2013

Langres 20130415

 
 
 
 
Het was op 16 april 2013, dat de stadscamping in Dijon in tegenstelling tot het vermelde op de website gesloten bleek te zijn, anders waren we op deze reis niet in Langres aangestoken.


Langres.



Degenen, die regelmatig van de autoroute A31, ook wel genoemd
Autoroute de Lorraine-Bourgogne gebruik maken, weten, dat je tussen Nancy en Dijon talloze malen de kans wordt geboden om een afslag naar Langres te nemen. Slechts eenmaal hebben wij  in die omgeving overnacht, maar meestal past het niet in ons reisschema.
De vriendelijke meneer in Dijon, die onze vertwijfeling voor de slagboom van de camping zag  – ik moest nu een heel eind achteruit rijden met de caravan – ried ons aan naar Beaune te gaan. Nu is Beaune ook leuk, maar wij kwamen uit het zuiden en teruggaan? Neen.
Dan maar naar Langres. Daar waren we toch ook wel nieuwsgierig naar.

Na de campinggidsen geraadpleegd te hebben viel de keus op
Camping Le Lac de la Liez in Peigney.

Het bleek een schot in de roos te zijn. De camping ligt vlak bij Langres en is hoog gelegen en mooi aangelegd. Er zijn vele ruime plaatsen met een fraai uitzicht over het stuwmeertje. Het sanitair is keurig en met de campingcard van ACSI betaal je een bescheiden prijs in het laagseizoen.
Vanaf de camping heb je het onderstaande uitzicht op Langres.


De stad ligt hoog in het landschap en de plek is niet zonder reden uitgezocht. Al vanaf de 3e eeuw ligt hier een vesting, die is uitgebouwd tot een machtige citadel.


De remparts (bolwerken).


 
Langres behoort tot de 50 mooiste steden van Frankrijk. Hij bevat 12 vestingtorens, 7 poorten en 3,5 km vestingmuren.  De muren stammen uit de 15e tot 17e eeuw en zijn in de 19e eeuw gerestaureerd.

 
En nu – in de 21e eeuw - moet er weer wat aan gebeuren.










Over de muren van het bolwerk.


Je kunt helemaal om de oude stad lopen over de stadswallen. Onderstaande foto’s geven een impressie.











…. met uitzicht op Le Lac de la Liez.







Bovenstaand zien we het leegstaande, oude ziekenhuis. Ik zag in Langres talloze zeer grote, oude, leegstaande gebouwen, qua inrichting achterhaald door de tijd. De Fransen zullen het allemaal willen behouden, maar de gemeente zal het niet allemaal kunnen opbrengen en ze lijken mij overwegend niet geschikt voor particulier of zakelijk gebruik. Er werden zeker gebouwen gerestaureerd, maar slechts in een omvang, die de tand des tijds niet zal kunnen voorblijven.



Romaansgotische kathedraal St-Mammès uit 12de eeuw. Hier werd wel aan gewerkt.


Zijkant van de kathedraal.


Diderot.




Denis Diderot, 1713 (Langres) – 1784 (Parijs), was een bekende Franse schrijver, filosoof en kunstcriticus. Hij was zeer voor de vrijheid van meningsuiting en godsdienst. Tussen 1750 en 1776 was hij mede-auteur van de beroemde Encyclopédie. Hij schreef zelf 6.000 van de 72.000 artikelen. Het werk werd enkele keren verboden wegens de vergaande nadruk op religieuze tolerantie en vrijheid van gedachten, die als een bedreiging werd gezien voor de aristocratie. Dankzij bevriende personen uit adellijke kring, en dichtbij de koning (Lodewijk XV), waaronder Madame de Pompadour, mocht het project telkens weer voortgezet worden. Het werd uiteindelijk een voor die tijd ongekend succes.
Hij is waarlijk een beroemde zoon van Langres. Op vele plaatsen in de stad komt men zijn naam tegen.
.
En in dit licht gezien is het ook niet verwonderlijk, dat ik achterin een restaurant deze spreuk van een iets minder bekende Fransman tegenkwam. Voor mij is één der charmes van Frankrijk, dat je op vele plaatsen de waarden en afgeleiden van de Franse Revolutie tegenkomt: vrijheid, gelijkheid en broederschap.  


Hoe zou de aristocratie hierover hebben gedacht?
 
 



Onze wandeling over de muren en door de stad eindigde zo ongeveer bij de oudste toren van de citadel, les Tours de Navarre et d’Orval, gebouwd in de jaren 1512 – 1519. Op de foto staan ook een paar kampeermiddelen en inderdaad bleek hier een eenvoudige, maar ook nette stadscamping te zijn. Opdat jullie het weten!


Conclusie:


Langres is best wel een stopover waard. Er heerst een Middeleeuwse sfeer door de architectuur en stedebouw. De citadel is ronduit imposant. De wandeling over de remparts om van te genieten.



Einde reis.


De volgende dag vertrokken we naar Nederland.


Toen wij dit bord voor de laatste maal bij het verlaten van de camping passeerden, gingen we linksaf naar Maashees. Kennelijk wordt de camping door veel Engelsen als eerste camping na de overtocht gebruikt en is men zich bij het wegrijden niet altijd bewust, dat er aan de “andere kant” van de weg moet worden gereden. Het zal dan ook wel pure noodzaak zijn, zo’n reminder, die je nog even vertelt, dat je “on the continent” bent.




Ties Wierda


Foto’s: eigen foto’s


Voor meer informatie over Langres raadplege men onder meer Wikipedia en Stedentips voor Trips .  


Zie voor meer reiservaringen mijn complete blog: www.quayonge.blogspot.com .


zaterdag 27 juli 2013

Avignon 20130413-15

 
 
 
 
Van 13 tot en met 15 april 2013 bezocht ik



Avignon.


De indrukwekkende skyline van het Palais des Papes.


De belangrijkste bezienswaardigheden zijn het Palais des Papes (Pausenpaleis) en le Pont Saint-Bénézet , ook wel bekend als de Brug van Avignon.



In 1309 zette paus Clemens V de Babylonische ballingschap der pausen (1309-1376) in, waardoor de pauselijke residentie van Rome naar Avignon werd verplaatst. Er werd door de jaren heen een enorme burcht gebouwd, het Palais des Papes. Deze burcht domineert Avignon en geeft de stad een geweldige aanblik vanaf de overzijde van de Rhône, althans vanaf het in de rivier gelegen eiland. Op dit eiland zijn ook diverse campings gelegen. Wij maakten er gebruik van de Camping Bagatelle, die gelegen is bij de brug, waarover je in korte tijd direct het centrum van de stad in loopt.








Palais des Papes



Tot aan de Franse Revolutie bleef het paleis bij de Rooms Katholieke kerk in gebruik, in het bijzonder voor de pauselijke gezanten. Het interieur werd tijdens de revolutie geplunderd en daarna werd het complex als gevangenis en archief gebruikt. Vanaf 1906 is men het gaan restaureren, maar de onderscheiden ruimtes zijn vooral groot en leeg.
Dit neemt echter niet weg, dat het een bezichtiging ten volle waard is. Met de ter plaatse gegeven informatie is een goede indruk te krijgen van de wijze, waarop hier werd gewerkt en geleefd.



Uitzicht vanaf een hoog punt op de burcht.



Idem. Aan de overzijde van de rivier ligt de camping.
 


Deur, die ruimschoots voldoet aan het Politiekeurmerk Veilig Wonen.




Le Pont d‘ Avignon.


De brug heet officieel Pont Saint-Bénézet.



Wie kent niet het liedje:


Sur le pont d'Avignon (Op de brug van Avignon)
On y danse, on y danse (daar danst men, daar danst men)
Sur le pont d'Avignon (Op de brug van Avignon)
On y danse tous en rond. (daar danst men in het rond)
Les beaux messieurs font comme ça, (De heren doen zo) (een kind maakt een beweging)
Et puis encore comme ça. (En daarna zo) (de andere kinderen doen de beweging na)







Uitzicht vanaf het einde van de brug naar de burcht.


Het centrum.

De stad is uitermate toeristisch en je kunt er gezellig wandelen, winkelen en op een terras zitten.
Jaarlijks wordt er vanaf 1947 in de maand juli een groots theaterfestival gehouden. Het is er dan bijzonder druk en degenen, die dit hebben meegemaakt, vinden de stad daarna uitgestorven. Die indruk heb ik er zeker niet van gekregen.






.



De stadswallen.



De goed bewaarde stadswallen omgrenzen en accentueren het historische centrum.


Conclusie:



Avignon leent zich goed voor een bezoek van enkele dagen. Het is een aan te bevelen rustpunt op de reis naar of terug van het verre Zuiden.


Ties Wierda


Foto’s: Eigen foto’s.


Voor meer informatie over Avignon raadplege men onder meer Wikipedia en Stedentips voor Trips .  


Zie voor meer reiservaringen mijn complete blog: www.quayonge.blogspot.com .

donderdag 18 juli 2013

Bando de la Huerta, Murcia

Op dinsdag, 2 april 2013 heb ik Murcia bezocht om wat mee te maken van het feest:


Bando de la Huerta.


Na de Vastentijd start in de hoofdstad (van het autonome landsdeel) Murcia  de week van de Fiestas de la Primavera (de lentefeesten). Met wel 100 programmaonderdelen is het een bijzonder groot evenement.
 
De hoofdtribune …………………

Meteen op de dinsdag na Pasen als de Semana Santa – de Heilige Week: de week voor Pasen - voorbij is, wordt de “Bando de la Huerta” gehouden. Murcia viert dan op folkloristische wijze het feest van de tuinderijen en de boomgaarden.
Dit is een echte feestdag voor de stad, waarop de Murcianen hun verbondenheid met de
tuinders bevestigen.


De stad Murcia ligt centraal in het vruchtbare dal van de rivier de Siguro, die door het centrum  van de stad loopt. Aan beide zijden van de rivier liggen de vlakke landerijen en boomgaarden, die door de huertanos – de tuinders – worden bewerkt. Tegenwoordig is men weliswaar economisch minder afhankelijk van het op traditionele wijze bewerken van de tuinen en boomgaarden, maar dat neemt niet weg, dat de daaraan verbonden folkloristische muziek en Murciaanse gastronomie van belang zijn voor de lokale cultuur. Op deze dag gaat dan ook zowat iedere Murciaan in de traditionele tuinderskleding de stad in en geeft zich over aan de viering van het einde van de vastentijd en het begin van de lente. Men doet dat samen met familie en vrienden, smult van de tapas en neemt deel aan de diverse activiteiten met als sluitstuk de grote parade, uitbeeldende de tradities van de Huerta.


De kleding kan overal in de stad worden gekocht in speciale winkels als simpele confectie, maar ook meer sierlijke, hand geborduurde uitvoeringen zijn voorhanden, alles afhankelijk van het enthousiasme en de omvang van de portemonnee van de koper.



Eén van de hoofdzaken die dag is lekker eten in de stad en je vindt dan ook overal, in straten en stegen, op pleinen en in de parken kramen, waar je dat heerlijks kunt kopen. Hiertoe hebben de horecagelegenheden trouwens ook hun terrassen flink uitgebreid. Overigens worden de kramen veelal geëxploiteerd door verschillende verenigingen met het doel fondsen te verwerven voor de diverse folkloristische activiteiten, die gedurende het hele jaar plaatsvinden. Zij proberen dan ook om de hoogste kwaliteit aan traditionele Murciaanse tapas en drankjes te bieden.




Het is eigenlijk zo, dat als je deze dag Murcia bezoekt voor de Bando de la Huerta, je gewoon een leuke kraam of terras opzoekt en je laat verwennen met tapas, michorones Murcianos (zie onderstaande foto van www.mis-recetas.org ) in diverse



variaties, morcillas (een soort bloedworst), stevige kippensoep met gehaktballen en paparajotes (gebakken citroenbladeren besprenkeld met suiker en kaneel). Zuig hiervan alleen het omhulsel op en eet niet – zoals sommige toeristen doen – het citroenblad op. Dat levert trouwens altijd weer de nodige hilariteit op aan de tafels met de autochtone Murcianen.
 

Paparajotes (foto http://www.regmurcia.com/ )


Als je nog niet zo bedreven bent in de Spaanse taal, zoek dan een druk bevolkte kraam of terras uit en wijs – bij anderen - aan, wat je lekker lijkt. Ben je met meerdere personen, neem dan allemaal wat anders en proef van elkaars bestellingen. Als je voor 12 tot 14 euro verteert, inclusief drankjes, dan is dat al heel veel en kun je zowat alle specialiteiten proberen. Geef je bestelling wel duidelijk op: wat je wilt hebben en hoeveel porties ervan.


De bekendste kramen staan langs de hele rivier en op de meeste grote pleinen en in de grote parken.





Vanaf 5 uur ’s middags wordt de Parade van de Bando de la Huerta gehouden. Het duurt enkele uren, voordat de hele tocht voorbij is gekomen. Net als bij de processies en het feest van de Entierro de la Sardina staan overal langs de route tribunes, waar je voor enkele euro’s per zetel kunt plaatsnemen. De dames op onderstaande foto waren overduidelijk de hoofdgasten op de hoofdtribune: vermoedelijk de Tuinderskoningin en haar belangrijkste hofdames. Ik vond ze erg mooi en ze genoten zelf ook duidelijk van hun functie deze dag blijkens hun stralende lach naar mij(n camera).



De eerste praalwagens laten de tradities van de tuinderijen zien:  het bakken van het brood met een echte rokende houtgestookte oven aan boord, het dorsen, wat natuurlijk met een echte ezel wordt gedaan, kleren wassen in de rivier met de hand, handsmeedwerk, etc.


Daarna volgt een groot aantal door paarden of ossen voortgetrokken wagens, mobiele kramen, van waaruit zaken als fruit, drankjes, brood, worst en andere cadeautjes onder het naar voren dringende publiek worden verdeeld.











De hoeveelheid wagens, rijtuigen, karren, oude en ver vooroorlogse voertuigen – brommertjes, fietsen, motorfietsen, landbouwwerktuigen in onafzienbare stoet - suggereert, dat ten minste één groot landbouwmuseum – het kunnen er ook meerdere zijn - compleet is leeggetrokken om het talrijke publiek deze jaarlijkse en instructieve parade aan te bieden.




Als je het feest wilt meemaken, verdient het aanbeveling in de eerste helft van de ochtend te komen. Het is niet zeker, of je in of dichtbij het centrum kunt parkeren. Goede wandelschoenen verdienen dus aanbeveling.


Ties Wierda


Tekst: onder meer vertaald naar Murciatoday – www.murciatoday.com
Foto’s: eigen foto’s, tenzij anders vermeld.


Zie voor meer reiservaringen mijn complete blog: www.quayonge.blogspot.com .