M.S. "Quayonge"

M.S. "Quayonge"
Mijn reisbrieven publiceer ik onder de naam "Quayonge", naar de boot, waarmee wij vele jaren over de Friese Meren, de Waddenzee en het IJsselmeer hebben gezworven.

vrijdag 11 april 2008

20080411 Monte Gordo

Monte Gordo, 11 april 2008


Lieve en beste allemaal,

Het einde van ons verblijf in Portugal komt in zicht. Ik heb gezien, dat het weer in Nederland volgende week opknapt en dat is het sein om weer te verkassen. Als het weer in Nederland goed is, valt er immers voor ons ook weer heel veel te beleven en wordt het verblijf in bijvoorbeeld Appelscha ook weer veel aangenamer.

Overigens is het weer hier niet altijd mooi, maar bijna altijd. Deze week lag er een depressie voor de kust en die heeft flink huisgehouden. Vanaf dinsdag tot en met donderdag hebben we bakken met water over ons heen gekregen en woensdagavond en –nacht was er zelfs een stormwaarschuwing voor windstoten van 90 tot 130 km/u. Gelukkig hadden we in Nederland al een stormband voor onze voortent gekocht. Bovendien staan we hier in een bos, zodat de kracht van de wind goed wordt gebroken. We zijn dan ook zonder ellende deze dagen doorgekomen. Zelfs onze voortent is praktisch helemaal droog gebleven. Onze plek blijkt dus uitstekend te zijn. Er zijn ook mensen, die hier in hun voortent tot hun enkels in het water stonden, als ze de caravan uitkwamen. Heel vervelend, want de voortent is in principe je woonkamer. Die van ons is niet heel netjes opgesteld, want van onderen is hij behoorlijk open. Als het weer nat is, dan komen er allemaal huisjesslakken te voorschijn en die kruipen dan op de wanden van de voortent en de caravan. Maar dat niet alleen: de slakken weten ook in mijn laarzen te komen, die in de voortent staan, net als de schoenen. Het is een bijzondere sensatie als er zo’n huisjesslak in je laars zit en je het niet in de gaten hebt. Het gaat dan van: krak, glibber, brrrrr….. Eerst denk je dan, dat het een eenmalige gebeurtenis is, zo van “wrong time, wrong place”. Maar het gebeurde me nog een keer. Nou, dan denk je wel aan die ezel. Maar enfin, ik controleer nu ieder keer mijn laarzen voor ik ze aantrek, …… en ook mijn schoenen!

Omdat we hier in de duinen staan, is het water gelukkig ook zo weer weg en is de blubber in een halve dag weer aardig verdwenen.
Tussen de buien door konden we het strand nog even op en onderstaande foto geeft wel een aardige impressie van de desolate toestand aan de kust en de hoogte, die de vloed heeft bereikt.


De wandelingen langs het strand zijn niet alleen landschappelijk en qua temperatuur aantrekkelijk, er is ook altijd wat te vinden. Hens houdt ervan om naar schelpen uit te kijken en we nemen dan ook kleine verzameling mee. Het zijn geen opzienbarende schelpen, zoals je die in de tropen vindt, maar het is meer een aardigheidje, een herinnering. Wat we ook altijd zien, zijn van die halve “rubberen” ringetjes. Het lijken wel beestjes, maar misschien zijn het ook wel plantjes. Op onderstaande foto zijn ze afgebeeld. Wie weet, wat het is?




Als je veel beweegt (wandelt), moet je op zijn tijd even een knippertje doen. De leeftijd brengt dit natuurlijk ook met zich mee, maar daar praten we liever niet over. Als de baas onderuit gaat, wil Nicky natuurlijk ook even meedoen. Hij wil altijd op mijn schoot springen, als ik even plat ga, maar ergens ligt hij dan toch niet lekker, want na zo’n 10 minuten springt hij weer op de grond en gaat hij naast me liggen.



We zien zo langzamerhand al weer veel overwinteraars vertrekken. Er zijn er, die direct naar Nederland gaan omdat ze afspraken hebben, maar er zijn er ook, die nog een maand doen over de terugreis. Deze mensen gaan veelal nog door Zuid-Spanje terug en doen daarbij allerlei bezienswaardigheden aan.
Ons plan is om zondag a.s. te vertrekken naar Sevilla. We willen daar een dag of twee, drie verblijven om de bezienswaardigheden te bewonderen. Daarbij is natuurlijk het Alcazar. Morgen ruimen we dan ook de voortent op, zodat het meeste werk dan is gedaan. Dat opruimen is niet alleen oppakken, maar ook schoonmaken. De onderkant van de tent is behoorlijk vies geworden en we moeten dus flink poetsen. Gelukkig belooft het morgen goed weer te zijn en dat is nodig voor het drogen.

Na Sevilla gaan we linea recta naar Harlingen. We willen weer vier dagen over deze reis doen en in principe dezelfde campings gebruiken, als op de heenreis. Overigens hoeft dat niet per sé, want er zijn nu al veel meer campings open, dan in februari. Maar als we het wel doen, is dat vanwege de afgewogen lengte van de etappes. Aan de andere kant kun je nu wel wat langer doorrijden dan in februari, want de dagen zijn nu natuurlijk langer. Ik hoorde overigens, dat er deze week nog sneeuw lag op de route in Spanje. We moeten daarbij niet vergeten, dat een groot deel van de route in Spanje boven de 1000 m ligt. Per saldo hopen we uiterlijk zondag, 20 april a.s. thuis te zijn.

En dan nu weer de rubriek “Goedkope oplossingen voor dure dingen”. Vandaag staat de stranddouche centraal, meestal opgericht op een betonnen ondergrond met afvoer, een mooie metalen paal met een dito douchekop. Het onderstaande exemplaar voldoet niet geheel aan deze beschrijving. Er kwam overigens wel water uit. Voor de goede orde: de welwillende poseerster voldoet geheel aan alle eisen.


Vanavond zal ik proberen deze brief nog per email te verzenden. Dat zal dan het laatste epistel zijn vanuit Monte Gordo. Ik hoop jullie onze thuiskomst nog te melden met een dergelijke brief, waarbij ik dan wat over Sevilla en de terugreis kan vertellen.

Veel groeten en liefs, ook namens Hens,

Ties