M.S. "Quayonge"

M.S. "Quayonge"
Mijn reisbrieven publiceer ik onder de naam "Quayonge", naar de boot, waarmee wij vele jaren over de Friese Meren, de Waddenzee en het IJsselmeer hebben gezworven.

maandag 11 oktober 2010

20101011 La Manga del Mar Menor

La Manga del Mar Menor, 11 oktober 2010

Lieve en beste allemaal,

Waar ligt dat nu weer: La Manga del Mar Menor? Even op de kaart kijken en dan oostelijk van Cartagena. De manga is een smalle landtong, de mar de zee en menor is klein. De Mar Menor (dus een kleine binnenzee) heeft open verbindingen met de Middellandse Zee en is ongeveer 170 km2 groot en gemiddeld 7 m diep. Het bijzondere is een verhoogd gehalte aan jodium en de Spanjaarden denken, dat dat gezond is en komen dan ook kuren in de zee.

Mar Menor met uitzicht op La Manga

We zijn Altea dus voorbijgereden. Dat komt door het weer. Vanaf zaterdag is een enorme depressie heel actief boven het Iberisch schiereiland. Omdat we vinden, dat we al genoeg regen hebben gehad in deze vakantie, proberen we de buien te ontwijken. Aanvankelijk leek de beste keus de vlucht naar het noorden, maar hoewel daar droge vooruitzichten waren, betekende dit ook veel lagere temperaturen en op termijn nog kouder weer, wat ons hoogstwaarschijnlijk voortijdig naar huis terug had laten keren. En daar hebben we nog geen zin in. De vooruitzichten voor La Manga leken vrij goed en dus was het besluit vrijdag snel genomen om op zaterdag verder naar het zuiden te reizen. Jan en Mienke hadden al besloten een aanvang te nemen met de thuisreis en probeerden de buien te ontwijken door richting Lyon te gaan. Ze zijn neergestreken in Sommières, in de buurt van Nîmes. Daar was het vandaag errug nat, maar de vooruitzichten zijn prima en we wensen hen dan ook nog een fijn verblijf daar. De omschrijving van deze stad en ook de camping is zodanig, dat ik er ook nog wel eens wil kijken. Wie weet.

Eigenlijk is het leven heel goedkoop als je met de caravan op stap bent. OK, als je je verplaatst, heb je natuurlijk de brandstofkosten en eventuele tolgelden. Ook komt met het toenemende aantal gereden kilometers het tijdstip dichterbij, dat je weer met de auto naar de garage moet voor een servicebeurt. En bij Volvo zijn die niet bepaald goedkoop.
Maar in het voor- en naseizoen kun je voor € 11,-- tot 15,-- per dag op de camping staan en als je ergens lang blijft, heb je ook nog korting. Zeker in Spanje en Portugal zijn ook de levensmiddelen, waaronder natuurlijk ook de drankjes begrepen, goedkoop.
De afwezigheid van inloopzaken als First Lady, Zensa, Blom, Witteveen, We, She en weet ik wie allemaal niet meer, brengt ook met zich mee, dat de bankrekening vrij onaangetast blijft. Eerlijkheidshalve moet ik hierbij vermelden, dat ook de afwezigheid van Gamma, Praxis, Expert, Intratuin, Welkoop en andere tot onderhoud en verfraaiing van de onroerende goederen strekkende detaillisten er toe bijdragen, dat er grotere bedragen dan normaal naar de spaarrekening kunnen worden overgeboekt en hier al helemaal geen beroep op behoeft te worden gedaan. Zo gaat de wasmachine thuis ook niet kapot (om nog maar eens iets te noemen).

Alle reden en ruimte dus om niet alleen van de prachtige natuur en de bouwkundige cultuur of de nationale kunst te genieten, maar ook bij tijd en wijle te proeven van de culinaire cultuur. En die is in Spanje prima.
Het zal ook aan de vele binnen- en buitenlandse toeristen liggen, dat er een omvangrijke cultuur voor de snelle en goedkope hap is ontstaan. Je vindt overal wel restaurantjes, vaak heel vooraan aan de boulevards, maar ook vaak in de wat achteraf gelegen straatjes en daar is het eten natuurlijk niet van mindere kwaliteit, maar vaak met een grotere goûte locale en dat is alleen maar aantrekkelijk.
Maar vorige week dinsdag hebben we ons maar eens bezondigd aan het onbeperkte eten voor een vaste prijs. We hebben weer een bezoek gebracht aan de door de Nederlanders als “vreetschuur” aangeduide gelegenheid in Cambrils, waar je voor € 14,-- pp je bordje zo vaak als je kunt, mag volladen met voedsel van allerlei aard van de uitgebreid uitgestalde buffetten.







Deze man verbrandde mijn kwarteltje “deskundig”. Dat kan ik dus beter. Maar ja, wat een hitte moet deze kok dan ook elke dag doorstaan.


Ook voor het nagerecht is er een ruime keuze. De gebakjes smaakten heerlijk en er is geen regel, dat je maar eenmaal een nagerecht mag nemen.




Monestir de Poblet

Na zo’n schranspartij moet je natuurlijk boete doen en het leek ons gepast om het oeroude Cisterciënzer klooster in Poblet te bezoeken. Toen ik de torens zag, was ik meteen onder de indruk van het complex.






De monniken leefden goed beschermd. Alleen voor hen was de binnenste bebouwing bestemd, maar in de verder naar buiten liggende ringen vond ook hun personeel onderdak.

Nu leven er nog 30 monniken in het complex. Die hebben wij overigens niet gezien. Op zijn hoogst hebben er 140 monniken tegelijk onderdak gehad en voor zo’n gering aantal is het toch wel een erg ruim onderkomen.


Ik heb een zwak voor kloostergangen. Je bent buiten en toch onderdak en er gaat een zekere gedragenheid van uit. Je moet overigens niet denken, dat ik dan in een contemplatieve stemming kom, want vlak achter mij staan nog 20 mensen te dringen om zo’n foto te maken. Dat is dus hard en snel werken!


Uitzicht vanuit de kloostergang.



Zonder commentaar.


De slaapzaal. Hier sliepen ze dus, die 140 en de zaalwachter moest er natuurlijk op toezien, dat ieder keurig zijn handen boven de dekens had.




Nog eenmaal achterom kijken naar weer zo´n mooie kloostergang …………



Montblanc

Deze goed bewaarde middeleeuwse stad is gesticht in 1163. In 1947 werd Montblanc uitgeroepen tot een monumentaal artistiek geheel. Sindsdien wordt er gestaag gerestaureerd. Ik vond het stadje overigens niet heel mooi, maar wel bijzonder, inderdaad vooral door zijn compleetheid.

De stadsmuur.



Niet alleen het herstelfonds kan wel een steuntje gebruiken.


De Santa Maria la Major (14e eeuw).




Het centrale plein: Plaça Major.

La Manga del Mar Menor


Wij staan hier op een heel grote camping van 32 ha. Hij ligt wel aan het strand, maar is meer dan een kilometer lang. Om naar het strand te lopen, heb ik 10 minuten nodig.
Op deze breedtegraad komen de mensen al overwinteren. Het viel op, dat hier veel Engelsen zijn. Opvallend zijn de zeer grote campers. De camper op onderstaande foto is eigenlijk nog maar een kleintje. Let ook op de uitschuifkamer aan de achterzijde. Die toepassing hebben die grote bijna allemaal. Ik moet die mammoetcampers nog op de plaat vastleggen. Als het lukt, komen in de volgende brief nog een paar afbeeldingen te staan.






Het dorpje Las Salinas is genoemd naar de nabijgelegen zoutpannen. Er staan nog leuke oudere huisjes.

Voorbij Las Salinas zien we de nieuwe bebouwing van La Manga. Eigenlijk is alles hier nieuw aangelegd. Voor de toerist. Er was in principe niets. Wat opvalt is, dat hier – anders dan in Nederland – veel particuliere eigendom tot aan het strand loopt. Geen mooie boulevard dus.

De “oude” bebouwing van de Cabo de Palos.


Gezicht naar het noorden (rechts dus de Middellandse Zee).




Gezicht op La Manga over de zoutpannen (salinas).

Tot woensdagmiddag kunnen wij volgens de voorspelling op weer.nl nog regen verwachten.
Wij hopen en denken, dat het wel mee zal vallen. Hoewel het ook nu onbestendig is, was het vandaag weer een prachtige dag en hebben we heerlijk buiten gezeten en gefietst. Volgende week meer over de manga.


Veel liefs en groeten, ook namens Hens,


Ties